SV | Want Jozacar, de zoon van Simeath, en Jozabad, de zoon van Somer, zijn knechten, sloegen hem, dat hij stierf; en zij begroeven hem met zijn vaderen in de stad Davids; en Amazia, zijn zoon, werd koning in zijn plaats. |
WLC | וְיֹוזָבָ֣ד בֶּן־שִׁ֠מְעָת וִיהֹוזָבָ֨ד בֶּן־שֹׁמֵ֤ר ׀ עֲבָדָיו֙ הִכֻּ֣הוּ וַיָּמֹ֔ת וַיִּקְבְּר֥וּ אֹתֹ֛ו עִם־אֲבֹתָ֖יו בְּעִ֣יר דָּוִ֑ד וַיִּמְלֹ֛ךְ אֲמַצְיָ֥ה בְנֹ֖ו תַּחְתָּֽיו׃ פ |
Trans. | 12:22 wəywōzāḇāḏ ben-šimə‘āṯ wîhwōzāḇāḏ ben-šōmēr ‘ăḇāḏāyw hikuhû wayyāmōṯ wayyiqəbərû ’ōṯwō ‘im-’ăḇōṯāyw bə‘îr dāwiḏ wayyiməlōḵə ’ămaṣəyâ ḇənwō taḥətāyw: |
Want Jozacar, de zoon van Simeath, en Jozabad, de zoon van Somer, zijn knechten, sloegen hem, dat hij stierf; en zij begroeven hem met zijn vaderen in de stad Davids; en Amazia, zijn zoon, werd koning in zijn plaats.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Want Jozacar, de zoon van Simeath, en Jozabad, de zoon van Somer, zijn knechten, sloegen hem, dat hij stierf; en zij begroeven hem met zijn vaderen in de stad Davids; en Amazia, zijn zoon, werd koning in zijn plaats.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!